Maar je moet je maar eens voorstellen als jij geen huis hebt en geen geld om eten te kopen en moet bedelen om een stukje brood en drinkbaar water. En bijna iedereen loopt gewoon voorbij die mensen. Je moet eens denken dat jij daar op straat staat en iedereen loopt door.
Eens een vriendelijk woordje of een beetje eten of drinken voor die mensen kopen.
Ik denk dat niemand in hun plaats zou willen zijn. En ik denk dat we daar eens wat meer aan moeten denken als wij iets uit de winkel willen en dat niet krijgen. Als je dan wat moeilijk doet, denk dan eens na, dan moet je eens aan hun situatie denken.
Saartje
klas 6
