De vorige keer had ik verteld hoe het roeien mee kon zitten. En nu zal ik eens vertellen hoe het tegen kan zitten. Het was weer zo’n internationale wedstrijd in Gent. Nog groter die van de vorige keer ook met Nederlanders, Franse, Duitse, Engelse, Cyprioten en zelfs Schotten. Eerst moet je in een rij op nummer liggen te wachtte tot het aan jou is om te roeien. Ik was nummer zeventien. Er waren dertig mensen die mee deden. Dus ik lag ergens in het midden. Als je start lig je meestal met vier in een reeks. Boven het water hangt er een touw. Waar om de vijf meter en touwtje in het water hangt. Als je naar de start mag. Neem je het touwtje in je hand of in je mond. Dat is om allemaal gelijk te liggen. Als iedereen gelijk ligt zeggen ze snelle start opgelet go maar dan in het Engels. En dan laat je het touwtje los en vertrek je. Maar bij mij ging het iets anders. Ik ging naar baan vier mij goed leggen .En start. Ik liet mijn touwtje los en dat bleef toch wel hangen tussen mijn uitligger. Dan moest ik in een andere reeks liggen. In een andere baan. In baan één. Dan weer mij goed leggen. Start! Dat touwtje bleef toch wel weer zitten. Ik al heel boos gefrustreerd. Weer in een andere reeks weer in een andere baan. Weer mij goed leggen. Ik dat touwtje precies in het midden van mijn boot. Ik dacht in mezelf dat touwtje kan niet meer naar mijn uitligger raken. En dan start! Dat touwtje blijft toch wel aan mijn voetbankje hangen. Ik was zo boos. Ik heb iets geroepen. Ik weet niet meer wat. Maar het was waarschijnlijk niet echt beleefd. Iedereen was inmiddels al aangekomen. Dus ik moest alleen roeien. Ze zeggen dat ik toch nog een goede wedstrijd heb geroeid. In totaal ben ik elfde van de dertig geworden. Wat best wel goed is.
Iedereen die iets van roeien kent weet dat dit heel erg uitzonderlijk is dat je touwtje 3 keer blijft hangen want niemand heeft dit ooit meegemaakt behalve ik dan. Op naar de volgende wedstrijd.
Cedric
klas 6