Iedereen wordt geboren met een geruis aan het hart. Rond je twee jaar gaat dat weg. Maar bij mij is het gebleven. Ik moest elk jaar op controle. De dokters zijden dat het niet zo erg was tot ik zes jaar was en het nog steeds had. De dokter had mij doorverbonden met de cardioloog (dokter voor het hart). Daar moest ik aan een machine hangen met allerlei buisjes die op mijn borst vastplakte. Zo konden we meekijken op een schermpje. Het bleek dat mij hartkleppen het niet meer goed deden. Daardoor kon mijn bloed niet goed meer door stromen. Eerst moest ik elk jaar op controle om te kijken of alles meegroeide en dat was ook zo. Nu moet ik om de twee jaar op controle. Als alles meegroeid is dit geen enkel probleem. Zo niet moeten ze nieuwe kleppen maken. Maar dat is gelukkig niet nodig. Ik heb hier geen probleem mee. Vorig jaar deed het soms wel pijn. Ik moet goed opletten als het warm is dat ik me kalm moet houden. In mei moet ik weer op controle.
Christian
klas 6
